Elke pensioenregeling wordt een premieregeling
Dit betekent dat DNB, als werkgever, met de vakbonden afspreekt hoeveel premie we elk jaar voor uw pensioen betalen. DNB draagt de totale afgesproken premie af aan het pensioenfonds. Hoeveel pensioen u later daarvoor krijgt, ligt niet (meer) vast. Hoeveel pensioen u opbouwt, is bijvoorbeeld afhankelijk van beleggingsrendementen, kosten en de gemiddelde levensverwachting. Het pensioenfonds belegt de premies en houdt voor iedere deelnemer bij hoe groot zijn of haar deel is van het pensioenvermogen.
Bedrag ineens
U kunt verschillende keuzes maken als u met pensioen gaat. Straks komt hier misschien een keuze bij: ‘bedrag ineens’. U kunt dan maximaal 10% van uw pensioen in één keer opnemen. We weten nog niet precies vanaf wanneer u gebruik kunt maken van bedrag ineens. We zetten de voor- en nadelen voor u op een rij.
Voordelen
U kunt in één keer een flink bedrag opnemen. Maximaal 10% van uw pensioen, maar een kleiner bedrag is ook mogelijk. U mag zelf kiezen wat u hiermee doet. Bijvoorbeeld uw hypotheek aflossen of een mooie reis maken.
Nadelen
- U krijgt maandelijks minder pensioen, omdat u al een deel van uw pensioenpot in één keer opneemt.
- Er kunnen gevolgen zijn voor eventuele toeslagen. Dit hangt af van uw persoonlijke situatie.
- Mogelijk gaat u meer belasting betalen. Door in één keer een groot bedrag op te nemen, kunt u in dat jaar in een hogere belastingschijf terechtkomen. U betaalt dan meer belasting.
- U kunt niet meer kiezen voor eerst een hoger pensioen en daarna een lager pensioen of andersom.
Hebt u vragen hierover? Neem dan contact met ons op.
Voor jongere en oudere werknemers geldt voortaan hetzelfde percentage pensioenpremie
Nu betaalt een werkgever voor een jongere werknemer in procenten minder pensioenpremie dan voor een oudere werknemer. Dat is niet direct zichtbaar in de totale pensioenpremie. Het pensioenfonds verdeelt de premie onder de verschillende leeftijdsgroepen en dit gebeurt ‘onder de motorkap’.
Partnerpensioen
De sociale partners willen dat er niet alleen een pensioen is voor u, maar ook een pensioen voor uw partner mocht u komen te overlijden. Dat heet het partnerpensioen; dit gaat in na uw overlijden. Uw partner krijgt dit pensioen elke maand, zo lang hij of zij leeft. Zolang u in dienst bent bij DNB, heeft uw partner recht op een partnerpensioen. Dit partnerpensioen bestaat uit:
- 35% van het inkomen dat meetelt voor uw pensioen. Daarbij maakt het niet uit hoe lang u al in dienst bent bij DNB.
- het reeds door u opgebouwde kapitaal voor partnerpensioen.
Lees pagina 7 en 8 van deze samenvatting voor meer informatie.
De AOW-leeftijd gaat minder snel stijgen dan eerder was afgesproken
In 2023 stijgt de AOW-leeftijd naar 66 jaar en 10 maanden. Vanaf 2024 is de AOW-leeftijd 67 jaar en dat blijft in ieder geval zo tot en met 2026.
Wens tot invaren: uw pensioen dat meegaat naar de nieuwe pensioenregeling
Invaren is de term die wordt gebruikt voor het overdragen van de pensioenrechten en -aanspraken die zijn opgebouwd onder de huidige wetgeving naar het nieuwe pensioenstelsel. Sociale partners hebben de wens uitgesproken om in te varen. Deze wens is gebaseerd op onderzoek. Deze toelichting vindt u op pagina 29 in het transitieplan. Uw pensioen gaat meer meebewegen met de beleggingen van het pensioenfonds. Gaat het goed, dan wordt uw pensioen sneller hoger. Maar gaat het slecht, dan kan uw pensioen ook sneller omlaag gaan dan nu het geval is.